woensdag, november 15, 2006

Netgeneratie en onderwijsvernieuwing : romantisch beeld van de protestgeneratie? / Isabelle Diepstraten (Fontys)

Diepstraten is gepromoveerd op de Net(werk)generatie en wil de toehoorders laten zien dat deze net(werk)generatie niet hetzelfde is als een nieuwe generatie maar dat er in deze groep wel nieuwe leerders aanwezig zijn. In het komende uur laat zij voorbeelden zien die deze stelling ondersteunen.

Tegenwoordig hebben jongeren veel meer middelen voorhanden om het eigen domein te vergroten. Waarom investeren jongeren in het eigen domein? Jongeren gebruiken nieuwe media voornamelijk om te communiceren. Wie ben ik, wie wil ik zijn en wat vindt een ander daar van zijn vragen die zij zichzelf regelmatig stellen.

Sociologen zien de levensloop van jongeren veranderen van een standaardlevensloop naar een keuzebiografie. Met andere woorden de jongere heeft de keuze hoe hij zijn levensloop inricht. Was het vroeger zo dat je afkomst je levensloop bepaalde nu staat die inrichting geheel vrij waardoor levenslopen minder voorspelbaar worden. Welke levensloop leidt tot maatschappelijk succes is niet langer duidelijk. Voor jongeren is het dus belangrijk geworden om een eigen unieke levensloop vorm te geven en dus zijn zij op zoek naar biografische competenties en willen zij weten hoe zij hun leven in moeten richten. Belangrijk daarbij is hoe andere mensen hun leven inrichten. Communicatie met elkaar wordt door jongeren gebruikt om op zoek te gaan naar biografische tools.

Sinds wij jongeren zijn gaan zien als aparte groep in de samenleving zijn er instituten ontstaan voor deze jongeren, zoals bijvoorbeeld de scouting. De rol van deze instituten is in de afgelopen jaren steeds meer overgenomen door de massaconsumptieindustrie (hier hoort ook nieuwe media bij). Bijblijven in dit jeugddomein is voor jongeren corebusiness. Maar is dit nieuwe jeugddomein echt vrijer dan het domein dat vroeger bestond? Zijn de ouders minder “in control” als gevolg van de opkomst van nieuwe media? Diepstraten geeft het voorbeeld van Aziatische kinderen die met een GPS-zender om hun nek in de metro staan. De ouders van deze kinderen weten precies waar zij zijn en zijn dus “in control”.

In het jeugddomein zijn nieuwe leerders waar te nemen (maar deze nieuwe leerders zie je ook in bevolkingsgroepen ouder dan 20 jaar). Deze nieuwe leerders zijn in staat tot biografische zelfbepaling, voldoen aan de eisen van de kennissamenleving en blijven zich continu ontwikkelen. Zij bezitten een klein, maar hecht netwerk van mensen om zich heen die belangrijk is als zij steun moeten mobiliseren. Daarnaast zijn zij onderdeel van overlappende netwerken waaruit zij veel informatie kunnen genereren.

Als onderwijs moet je faciliteren in het vergroten van het netwerk van jongeren omdat zij vaak de kans niet hebben om dit zelf te realiseren. Ook moeten zij bewust worden gemaakt van de kansen die het netwerk hen kan bieden. Jongeren zijn wel erg goed in het verbinden van netwerken en het ontdekken van nieuwe niches, zij creeren eigen projecten binnen de netwerken.

Als het gaat om nieuwe media in het onderwijs heeft Diepstraten een sterke eigen mening. Vergaming van de school leidt, volgens haar, tot ontgaming van de jeugd. Als de jeugd dingen op school moet doen, die zij prive al doen (online netwerken, foto’s/video delen, etc) haken zij af. Kopieren van onderdelen uit het jeugddomein om op school te gebruiken werkt dus niet en moet je ook niet willen als onderwijsinstelling.

Diepstraten sprak veel over de jongeren in het algemeen. Zij ondersteunde haar uitspraken niet met cijfers en dat is jammer. Nu bleven het algemeenheden die na een aantal keren hen, zij, de jongeren niet zoveel impact meer had.

Meer informatie: PDF van sessie.

permalink| geplaatst door moqub:| 9:56 p.m.

Reacties: Een reactie posten

<< Home